fbpx

Blog artikel

Afloop, Marges & Witruimte (Bleed, Margins & Slug) in InDesign

Bij het aanmaken van een InDesign bestand én het opslaan van een PDF krijg je te maken met afloop, marges en witruime. In het engels (en in het Nederlands worden deze termen ook gebruikt) heet het bleed, margins en slug. Deze termen zijn voor de beginner erg verwarrend want wat houden ze in? Waar worden ze voor bedoeld? En waar zijn ze zichtbaar?

Het verschil tussen Afloop Marges en Witruimte

Afloop (Bleed)
Het belangrijkste begrip van de drie; de afloop. Het afloopgebied is een ruimte buiten je pagina, die normaliter 3 millimeter groot is. In InDesign wordt het afloopgebied omlijnt met een rode lijn. Als je staande A4 pagina 297mm hoog is en 210mm breed, dan is je uiteindelijke PDF mét afloop 303mm hoog en 216mm breed. De rekensom is dan 3+ 297 + 3 voor de hoogte en 3 + 210 + 3 voor de breedte. Het kan voorkomen dat je meer of minder dan 3 millimeter nodig hebt. Check dit altijd bij je drukker.

Je laat alle kleurvlakken en afbeeldingen die je tot de paginarand wilt laten lopen, doorlopen tot aan de rode afloop lijn. De reden hiervoor is dat als de drukker jouw pagina uit gaat snijden, er de kans bestaat dat hij schuin snijdt. Als je een afbeelding tot de paginarand laat lopen en de drukker snijdt schuin naar buiten af, als is het maar 1 millimeter, dan zie je een witte rand. Maar omdat je de afbeelding door laat lopen tot aan de rode aflooplijn blijf je een afbeelding zien in plaats van die witte rand.

Marges (Margins)
Je kunt ook marges instellen in je InDesign document. De marges worden wel getoond in je InDesign document maar niet in je uiteindelijke PDF. De marges stel je daarom ook meer in als hulpmiddel voor jezelf. Zelf stel ik altijd de marges in op 10 millimeter. Dat wil zeggen: 10 millimeter vanaf de paginarand aan de binnenkant van je document. Waar je afloop dus aan de buitenkant ligt, liggen de marges aan de binnenkant.

Door een marge gebied in te stellen weet je zeker dat je geen belangrijke elementen te dicht bij de rand plaatst. Want een drukker kan naar buiten snijden (afloop) maar ook naar binnen. Zo weet je zeker dat er geen inhoud verloren gaat als dat gebeurt. Een andere reden om marges in te stellen is voor als je zelf het document af gaat drukken. De meeste ‘huis, tuin en keuken’ printers kunnen niet het hele blad bedrukken. Als je weet wat de printmarges van je printer zijn, kun je die in InDesign instellen.

Witruimte (Slug)
Witruimte bevat informatie die niet afgedrukt hoeft te worden, zoals een bestandstitel en/of een wijzigingsdatum van het document, die wordt gebruikt om het ​​document te identificeren. Je stelt het meestal in aan de bovenkant of aan de onderkant van het document. De witruimte valt buiten het afloopgebied en wordt uiteindelijk weggesneden door de drukker.

Wil jij ook zelfstandig kunnen vormgeven?

Kijk dan eens naar het Adobe DTP Traject. Verreweg de meeste cursisten kiezen voor deze cursus omdat ze dan alle offline en online media zelfstandig kunnen realiseren, zonder tussenkomst van een vormgever.